Het was klein, goedkoop en overal verkrijgbaar. Je vond het bij kiosken, in buurtwinkels en bij de kassa van de supermarkt. Meestal lag het in een kartonnen display vol felle kleuren, tussen ander snoep dat je inmiddels bent vergeten. Maar dit… dit blijft ergens in je geheugen plakken.
De geur was herkenbaar. Kunstmatig zoet, met een vleugje plastic en iets wat alleen als ‘jeugd’ te beschrijven valt. Het papiertje zat strak om een stevig blokje gewikkeld, en als je het openvouwde, zat er altijd een extraatje bij. Iets wat je las, zelfs als het nergens op sloeg. Iets waar je vrienden omheen gingen staan. Iets wat je nooit helemaal begreep, maar dat hoorde erbij.
De smaak? Fel en intens in de eerste seconden. Daarna viel het weg in een taaie massa, maar dat maakte niemand iets uit. Het ging niet om de smaak. Het ging om het gevoel. Om het ritueel. Om het erbij horen.
Als je het in je mond stopte, werd praten lastig. Maar dat was goed – want je was weer even terug. Terug op het schoolplein, in de pauze, met vieze handen en volle jaszakken. Je was weer even acht jaar oud, met zon op je gezicht en zorgeloze gedachten in je hoofd.
Je zou zweren dat je het vergeten was. Tot je een oude verpakking zag, ergens op een rommelmarkt, en het ineens weer wist.
Maar de vraag is nu: wie herinnert zich deze nog?
Antwoord
Het antwoord is: Bazooka kauwgom.
De stevige, vierkante kauwgom die standaard werd geleverd met een mini-stripje van Bazooka Joe. De mascotte met het ooglapje, de mopjes in vergeeld blauw-roze papier, en de kauwgom zelf – bijna onmogelijk om zacht te kauwen, maar des te meer waard om te hebben.
Bazooka was niet alleen snoep. Het was een ritueel, een moment, een teken van kind-zijn in een tijd waarin alles simpeler leek. De smaak hield misschien niet lang stand, maar de herinnering des te meer.
Wie het kent, zal het nooit echt vergeten. En wie het nooit geproefd heeft, mist iets kleins maar magisch uit een verdwenen wereld.
Dus nog één keer: wie herinnert zich deze nog?
Waarschijnlijk meer mensen dan je denkt.