Terwijl benzine- en dieselauto’s stap voor stap uit Amsterdam worden geweerd omwille van klimaat, gezondheid en stikstof, blijft een opvallend contrast bestaan: wekelijks wordt zo’n 900.000 kilo Italiaans huisvuil geïmporteerd en verbrand in de hoofdstad. Een oude politieke discussie blijkt anno nu nog altijd pijnlijk actueel.
Afval per trein uit Rome
De afvalstroom komt voornamelijk uit Rome, een stad die al jaren worstelt met haar afvalverwerking. Omdat lokale oplossingen tekortschieten, wordt het huisvuil per goederentrein dwars door Europa vervoerd om in Amsterdam te worden verbrand. Juridisch klopt het allemaal, maar maatschappelijk en ecologisch wringt het.
Een Kamerlid sprak destijds al beeldend over een “Romeinse rookpluim boven Amsterdam”. Dat beeld is, jaren later, nog steeds relevant.
Politiek ongemak blijft bestaan
Ook binnen de Tweede Kamer der Staten-Generaal klonk en klinkt kritiek. De centrale vraag:
hoe valt het te verdedigen dat Nederland afval importeert om te verbranden, terwijl burgers en ondernemers steeds verder worden beperkt?
Auto’s op fossiele brandstoffen worden geweerd uit de stad
Luchtvaart en landbouw staan onder zware druk
Tegelijkertijd blijft afvalverbranding draaien op volle capaciteit
Volgens critici ondermijnt dit de geloofwaardigheid van het klimaatbeleid.
Circulair op papier, verbranding in de praktijk
Het officiële beleid is helder: Nederland wil toe naar een circulaire economie — 50% in 2030, volledig in 2050. Verbranding zou moeten worden afgebouwd. Maar de praktijk laat iets anders zien. Omdat Nederland meer verbrandingscapaciteit heeft dan eigen afval, wordt die capaciteit opgevuld met buitenlands afval.
De redenering wordt die capaciteit opgevuld met buitenlands afval.

Klimaatwinst of klimaatschade?
Voorstanders wijzen erop dat afvalverbranding energie oplevert. Tegenstanders benadrukken juist:
extra CO₂-uitstoot door transport
verbranding van grondstoffen die hergebruikt hadden kunnen worden
een prikkel om ovens open te houden in plaats van af te bouwen
Daarbij komt de symboliek: treinen vol afval mogen de stad in, maar de auto van de forens niet.
Het importeren en verbranden van Italiaans afval in Amsterdam laat zien hoe tegenstrijdig milieubeleid in de praktijk kan uitpakken. Wat juridisch mag en technisch kan, botst steeds vaker met wat maatschappelijk uitlegbaar is.
Zolang afvalovens afhankelijk blijven van buitenlandse aanvoer, blijft de vraag hangen:
wie betaalt de prijs van de groene stad — en wie profiteert ervan?













