“Links is om in te halen, niet om de hele dag te blijven hangen!” zegt Herman, 38 jaar, zichtbaar gefrustreerd achter het stuur. Voor hem is het één van de grootste irritaties op de weg: automobilisten die eindeloos links of in het midden blijven rijden, terwijl de rechterrijstrook leeg is.
“Ze blokkeren het verkeer”
Herman rijdt dagelijks veel kilometers voor zijn werk en ziet het overal gebeuren. “Je rijdt op de snelweg, rechts is leeg, maar er zit iemand in het midden of links te tuffen met 95. En als je dan netjes wil inhalen, moet je ineens naar helemaal links en weer terug. Dat is niet alleen irritant, dat is gevaarlijk.”
Volgens hem zijn het vaak dezelfde typen bestuurders. “Ik zeg het zoals het is: het zijn vaak oudere mensen of vrouwen die denken dat ze veiliger rijden door in het midden te blijven. Maar dat klopt niet. Ze zorgen juist voor opstoppingen en gevaarlijke situaties.”
“De politie moet hier harder tegen optreden”
Herman vindt dat er te weinig gehandhaafd wordt. “Ze flitsen wel op snelheid, maar niemand kijkt naar die linksplakkers. Terwijl die net zo goed voor gevaar zorgen. Laat de politie daar eens boetes voor uitdelen. Of beter nog: stuur ze naar een EMG-cursus.”
De EMG-cursus (Educatieve Maatregel Gedrag en Verkeer) is normaal gesproken bedoeld voor bestuurders die roekeloos of gevaarlijk rijden. Maar volgens Herman zou die ook moeten gelden voor wie structureel de verkeersregels negeert door links te blijven rijden. “Als je niet snapt dat de rechterbaan de standaard is, dan hoor je gewoon bijgeschoold te worden. Punt.”
“Links rijden is geen recht, het is een taak”
Voor Herman is het een kwestie van respect voor de verkeersregels. “Links is er om iemand in te halen en dan ga je weer terug. Zo is het systeem bedacht, zo werkt het veilig en efficiënt. Maar tegenwoordig lijkt iedereen te denken dat de middelste of linkerbaan de ‘comfortzone’ is.”
Hij merkt dat het vooral in de spits erger wordt. “Iedereen kruipt dan in het midden en blijft daar, uit angst om te moeten wisselen. Maar juist daardoor stokt het hele verkeer. Het is alsof niemand meer weet hoe een snelweg bedoeld is.”
Een ergernis die velen delen
Herman is niet de enige met deze frustratie. Uit enquêtes van automobilistenorganisaties blijkt al jaren dat “onnodig links rijden” in de top drie van grootste verkeersergernissen staat. Toch wordt er zelden op gehandhaafd, omdat het lastig te bewijzen is en vaak onder “onwenselijk gedrag” valt in plaats van een directe overtreding.
Toch vindt Herman dat dat geen excuus mag zijn. “Als je iemand kunt bekeuren omdat hij twee kilometer te hard rijdt, kun je ook iemand aanspreken die vijf kilometer lang links blijft hangen zonder reden. Het is gewoon asociaal rijgedrag.”
Niet asociaal, maar onwetend?
Sommige verkeersdeskundigen zeggen dat veel mensen het simpelweg niet weten. Dat ze denken dat het veiliger is om in het midden te blijven rijden, of bang zijn om vaak van rijstrook te wisselen. Maar daar heeft Herman weinig begrip voor. “Dan leer je het maar. Iedereen heeft ooit rijles gehad. Als je niet meer weet hoe het moet, dan hoor je niet meer op de snelweg thuis.”
“Geef die mensen bijles”
Hij pleit daarom voor een strengere aanpak. “Verkeersregels gelden voor iedereen. Als je ze niet volgt, moet je leren hoe het wel moet. Een korte EMG-cursus zou perfect zijn. Niet als straf, maar als heropvoeding. Laat ze maar een paar uur luisteren naar hoe hun gedrag het verkeer ophoudt.”
Wat vindt de lezer?
Heeft Herman gelijk dat linksplakkers harder aangepakt moeten worden, of overdrijft hij zijn frustratie? Sommigen vinden zijn voorstel te streng, anderen herkennen het probleem dagelijks.
Hoe dan ook, Herman blijft bij zijn punt. Terwijl hij zijn richtingaanwijzer gebruikt en weer netjes naar rechts gaat, zegt hij hoofdschuddend:
“Links is om in te halen. Niet om vakantie te vieren. Dat zou iedereen moeten weten.”