Linda, op haar 59-jarige leeftijd, zit in een huwelijk dat niet meer is wat ze ervan hoopte. Haar man, Martin, behandelt haar soms slecht, iets wat voor haar erg moeilijk is. “We zijn al samen sinds mijn zeventiende,” vertelt ze. “Toen ik twintig was, trouwden we. Destijds had ik geen idee dat mannen anders konden zijn. Hij was koppig, had een sterke wil en leek altijd alleen maar met zichzelf bezig. Toch had Martin ook zijn goede kanten. Hij had een goede baan, was trouw aan me en vergat nooit mijn verjaardag. Hoeveel mannen nemen de moeite om hun vrouw een cadeau te geven, vraag ik je af? En tijdens de jaren dat de kinderen klein waren, draaide ons gezin prima. We konden elkaar goed verdragen zonder echt in elkaars weg te staan.”
Nu hun kinderen het huis uit zijn en Martin met pensioen is, zijn de dingen veranderd. Ze moeten veel tijd met elkaar doorbrengen, en dat zorgt voor spanningen. “Nu zie ik dat wat ik ooit onaangenaam vond, inmiddels echt een probleem is geworden,” zegt Linda. “Hij is vaak chagrijnig, soms dagenlang, zonder dat ik weet waarom. Hij snauwt naar me wanneer hij vindt dat ik iets fout doe. Zelfs de kinderen zeggen dat ik dit niet moet accepteren en dat ik meer respect verdien.”
Toch denkt Linda niet aan scheiden. “Wat moet ik doen?” vraagt ze zich af. “Op mijn leeftijd nog uit elkaar gaan? Mijn vriendinnen zeggen dat ik nog een heel leven voor me heb, maar ik zie dat anders. Alleen oud worden is voor mij een angstig vooruitzicht. Wil ik mijn mooie huis verruilen voor een flatje in mijn eentje? Het idee alleen al schrikt me af. Misschien ben ik materialistisch, maar die zaken zijn voor mij belangrijk. Misschien wordt Martin na verloop van tijd weer gezelliger. Gelukkig wonen we in een groot huis.”
Waarom Linda Blijft
Linda’s keuze om bij haar man te blijven, ondanks zijn gedrag, heeft veelal te maken met haar behoefte aan zekerheid en stabiliteit. Op hun leeftijd is scheiden geen eenvoudige beslissing. Ze wil niet haar prachtige huis opgeven en in haar eentje in een klein appartementje wonen. Het idee van alleen zijn lijkt haar te weerhouden om actie te ondernemen. Ze noemt zichzelf misschien materialistisch, maar comfort en vertrouwdheid zijn belangrijk voor haar.
Bovendien bestaat er hoop dat de situatie verbetert. Linda hoopt dat Martin na verloop van tijd minder prikkelbaar wordt en weer wat gezelliger zal zijn. Ze gelooft dat met voldoende ruimte en geduld de scherpe kantjes van zijn humeur misschien wat verzachten.
Hoewel haar kinderen aandringen op meer respect en aandacht vragen voor haar situatie, blijft Linda trouw aan de gewoonten van haar huwelijk. Vriendinnen claimen dat ze nog altijd de kans heeft om een verandering te maken, maar Linda ziet niet hetzelfde toekomstperspectief. In plaats van zich te focussen op wat mist, koestert ze wat er wel is en wat haar bekend en veilig voelt.
Het idee dat ze een leven voor zich heeft dat alleen maar slechter zou kunnen worden, drijft haar angsten. Alleen zijn en accepteren dat de dingen misschien niet verbeteren, is voor haar een grote stap. Ze prefereert te leven met de hoop dat Martin zijn gedrag wat bijstelt. Linda besluit de risico’s van verandering te vermijden en kiest ervoor haar welzijn te zoeken binnen de huidige structuur van haar leven.