“Het is niet meer te doen,” zegt Gerard, 53 jaar, terwijl hij zijn werkbus schoonveegt. “Elke keer als ik in Amsterdam moet zijn, kost het me meer geld dan ik verdien.” De reden? De steeds strengere milieuregels, eindeloze verkeersboetes en wat hij noemt “de verstikkende hoeveelheid regels” in de hoofdstad.
De nul-emissiezone: de druppel
Gerard is al dertig jaar zelfstandig ondernemer in de bouw. Zijn werkbus, een goed onderhouden diesel, bracht hem jarenlang overal waar hij moest zijn. Maar sinds Amsterdam de nul-emissiezone invoerde, mag hij met zijn bus op veel plekken niet meer komen. “Ik heb die bus nog geen vijf jaar, hij rijdt prima. Maar in Amsterdam ben ik ineens een milieucrimineel,” zegt hij geërgerd.
Volgens de nieuwe regels mogen vervuilende voertuigen de binnenstad niet meer in. Alleen elektrische bestelbussen zijn nog toegestaan. “Alsof iedereen zomaar tienduizend euro kan neerleggen voor een elektrische bus,” moppert Gerard. “Ik werk hard, ik ben geen groot bedrijf met subsidiepotjes. Voor mij is dat gewoon onbetaalbaar.”
“Amsterdam is te links en te strak geregeld”
Wat hem vooral dwarszit, is wat hij noemt “de doorgeschoten regeldrang” van de stad. “Alles moet groen, duurzaam en eerlijk, maar ondertussen betaal je je blauw aan boetes, parkeerkosten en vergunningen. Amsterdam is zo links geworden dat er geen ruimte meer is voor gewone werkmensen. Ze willen dat je milieuvriendelijk werkt, maar maken het onmogelijk om dat te betalen.”
Gerard zegt dat hij de stad de afgelopen jaren langzaam heeft zien veranderen. “Vroeger was het nog leuk om een klus in Amsterdam te doen. Gezellige mensen, mooie oude panden. Maar nu? Alles is stress. Je kunt nergens parkeren, de verkeersborden veranderen elke maand, en als je vijf minuten verkeerd staat, heb je weer een boete van honderd euro.”
De keuze: niet meer gaan
Na jaren vol frustratie heeft hij de knoop doorgehakt. “Ik neem geen klussen meer aan in Amsterdam. Klaar. Er zijn genoeg projecten buiten de stad waar ik wél normaal kan werken zonder me schuldig te voelen omdat ik een dieselbus heb.”
Het besluit was niet makkelijk. “Ik heb vaste klanten daar, maar het kost me gewoon te veel tijd en geld. En als ik een uur in de file sta om een milieuzone te ontwijken, ben ik niet aan het werk. Dat schiet niet op.”
Vrees voor een tekort aan vakmensen
Gerard denkt dat hij niet de enige is die zo denkt. “Ik hoor het van collega’s, loodgieters, schilders, elektriciens. Steeds meer zeggen: laat Amsterdam maar zitten. Te veel regels, te weinig begrip. Straks kan niemand nog een monteur vinden in de stad.”
Hij voorspelt dat dit beleid uiteindelijk tegen de stad zelf werkt. “De mensen die al die mooie groene plannen maken, hebben straks niemand meer om hun zonnepanelen op te hangen of hun huis te verbouwen. Want wij komen gewoon niet meer.”
Beleid met goede bedoelingen, maar verkeerde uitkomst
De gemeente wil met de nul-emissiezone de luchtkwaliteit verbeteren en de stad groener maken. Dat klinkt mooi, maar volgens Gerard wordt de uitvoering vergeten. “Iedereen wil wel schonere lucht, ik ook. Maar geef kleine ondernemers dan tijd en hulp om over te stappen. Nu worden we gestraft in plaats van geholpen.”
Hij pleit voor meer maatwerk en minder druk. “Laat de kleine jongens niet de rekening betalen voor groot beleid. We dragen allemaal bij, maar je kunt niet van iedereen hetzelfde verwachten.”
Wat vindt de lezer?
Heeft Gerard een punt? Is Amsterdam te streng geworden met haar milieuregels en parkeerboetes? Of is dit simpelweg de noodzakelijke stap naar een schonere, duurzamere stad?