Als buschauffeur anno nu
Je denkt misschien: de hele dag een beetje rijden, kaartjes scannen en weer door. Klinkt relaxed, toch? Maar iedereen die in het openbaar vervoer werkt, zal je vertellen dat het vak de laatste jaren een stuk pittiger is geworden. Passagiers zijn minder geduldig, sneller op hun teentjes getrapt en vaker geneigd om regels te negeren. En wie staat daar elke dag middenin? Juist, de buschauffeur.
Als je dag in, dag uit te maken hebt met gezeur, discussies over instappen, gedoe met kaartjes of simpelweg onbeschofte opmerkingen, dan vreet dat aan je. Je zit in een grote rijdende werkplek, maar je staat er vaak wel alleen voor. Het zal je dan ook niet verbazen dat het lontje van sommige chauffeurs steeds korter wordt.
Een lontje dat steeds korter wordt
De afgelopen tien jaar is het gedrag in en rond het OV merkbaar veranderd. Je ziet het bij tram, trein en bus: meer frustratie, minder respect. Iedereen heeft haast, iedereen denkt gelijk te hebben, en jij mag het oplossen. Je kunt nog zo vriendelijk vragen of iemand een stapje naar achter wil doen, of op z’n beurt wil wachten — soms lijkt niets nog door te dringen.
Dat constante geduw en getrek aan je aandacht werkt op den duur als druppels op een steen. En dan is één opmerking, één uitdagende blik of een net iets te grove actie genoeg om de emmer te doen overlopen. Niet fraai, wel menselijk.
Wat er gebeurde in Leiden
In Leiden liep het onlangs uit de hand. Een buschauffeur was er overduidelijk helemaal klaar mee en besloot niet langer te slikken. Hij stapte uit, ging verhaal halen en deelde een paar corrigerende tikjes uit. Geen episch gevecht, maar wel het soort moment waarvan je weet: dit gaat rond op straat en vervolgens het internet over.
Of die tikjes “terecht” waren, daar zal iedereen z’n eigen mening over hebben. Voor sommigen is het begrijpelijk dat iemand die continu onder druk staat een grens trekt. Voor anderen is het simpel: handen thuishouden, hoe vervelend de situatie ook is. Feit blijft dat zo’n moment in een oogwenk kan ontstaan, zeker als de spanningen al langer opbouwen.
Het standpunt van de werkgever
Je kunt je voorstellen dat de afdeling HR hier niet bepaald enthousiast van wordt. Als chauffeur ben je nu eenmaal het gezicht van het bedrijf. Jij bent degene die klanten zien, die klachten of complimenten krijgt, die het merk vertegenwoordigt. En bij dat ambassadeurschap hoort een code: professioneel blijven, ook als je wordt uitgedaagd.
Werkgevers hameren op de-escalatie, training en procedures: meld het, bel de verkeersleiding, roep assistentie in. In theorie helder, in de praktijk soms frustrerend traag of onhandig. Toch zal een werkgever altijd zeggen: geweld is geen optie. Dat staat in elke richtlijn, en daar wordt op gehandhaafd — ook als iedereen best snapt hoe het zo ver heeft kunnen komen.
Grenzen, begrip en verantwoordelijkheid
Er zit een ongemakkelijke waarheid in dit verhaal. Je kunt begrip hebben voor de chauffeur die knapt, en tegelijk vinden dat dit niet de manier is. Beide dingen kunnen waar zijn. We vragen veel van mensen die in frontliniebanen werken: geduld, verdraagzaamheid, zelfbeheersing. Dat is topsport zonder applaus. Maar juist daarom zijn er afspraken nodig, zodat jij niet elke ruzie persoonlijk hoeft uit te vechten.
Wat helpt? Duidelijke ondersteuning vanuit de werkgever, zichtbare handhaving in en rond haltes, en een publiek dat zich herinnert dat een bus geen boksring is. En voor chauffeurs: ademen, melden, afstand nemen als het kan. Niet omdat je zwak bent, maar omdat je jezelf beschermt — en je baan.
Wat neem je hieruit mee?
Het incident in Leiden laat zien hoe dun de lijn kan zijn tussen irritatie en actie. Het is een signaal dat de druk op het OV-personeel hoog is en dat respect geen overbodige luxe is. Je hoeft niemand op een voetstuk te zetten, maar een beetje normaal doen in de bus is voor iedereen beter. En als je achter het stuur zit: onthoud dat jij niet alleen mens bent, maar ook representant — hoe oneerlijk dat soms ook voelt.
Uiteindelijk wil iedereen gewoon veilig van A naar B. Als we samen een stapje terug doen, hoeft niemand nog uit te stappen om “corrigerende tikjes” uit te delen — en kan Leiden gewoon Leiden blijven, zonder onnodige knokpartijen op de stoep.