Warme nek, geen pluis: zo pak je sjaals aan
Zodra de temperatuur daalt, duiken de sjaals en mutsen weer op. Veel sjaals hebben na een seizoen in de kast een opfrisbeurt nodig, maar je wilt natuurlijk geen krimp, vervorming of pluizen. Was je sjaals met een beetje aandacht en ze blijven er jarenlang mooi en warm uitzien. Hier lees je stap voor stap hoe je dat slim aanpakt, voor elke stofsoort, van wol en kasjmier tot katoen en viscose.
Check het waslabel voordat je begint
Het label is je beste vriend: daarop staat precies wat de sjaal wel of niet kan verdragen. Materiaal maakt namelijk echt verschil. Wol, kasjmier en zijde vragen om een zachte behandeling, terwijl katoen en viscose meestal wat meer kunnen hebben. Let op de aangegeven temperatuur, of er met de hand gewassen moet worden en of de sjaal de droger in mag (meestal niet). Twijfel je? Kies dan altijd voor de mildste optie: lauw water en een zacht wasmiddel.

Delicate materialen: liever met de hand
Voor fijne stoffen zoals wol, kasjmier en zijde is handwas de veiligste keuze. Vul een bak met lauw water en voeg een klein beetje wol- of fijnwasmiddel toe. Leg de sjaal erin, laat ’m even weken en beweeg hem daarna rustig door het water. Niet wrijven, schrobben of wringen—dat veroorzaakt pluisjes en kan de vezels beschadigen. Spoel na in koel water tot het schuim weg is. Een koude spoeling helpt de vezels te sluiten, waardoor de sjaal weer zacht en soepel aanvoelt.
Sterkere stoffen: wasmachine kan, maar zachtjes
Gaat het om katoen of viscose, dan kun je vaak de wasmachine gebruiken. Kies een fijnwas- of wolprogramma, lage temperatuur (maximaal 30 graden) en een lage centrifugeersnelheid. Stop de sjaal in een waszak om wrijving te beperken en was ’m met soortgelijke, zachte kleding. Gebruik een mild wasmiddel en vermijd agressieve vlekkenzoutjes. Voor wol en zijde laat je wasverzachter liever staan; bij katoen kan het eventueel wel, maar minder is meer om de vezels mooi te houden.
Drogen zonder drama: plat en uit de zon
Na het wassen wil je de sjaal niet uitwringen. Druk voorzichtig het overtollige water eruit of rol ’m in een droge handdoek om vocht op te nemen. Leg de sjaal daarna plat neer op een schone handdoek en breng hem in vorm—net als je met een wollen trui zou doen. Vermijd warmtebronnen zoals de radiator en volle zon; die kunnen krimp, vervorming en verkleuring veroorzaken. Ophangen aan een haakje lijkt handig, maar het trekt de stof vaak uit model, zeker bij zwaardere sjaals.
Opbergen: droog, luchtig en zonder vouwen
Een goede plek in de kast verlengt de levensduur. Bewaar sjaals op een droge, geventileerde plek, weg van vocht. Rol ze op in plaats van ze te vouwen, zodat er geen diepe vouwen of strepen ontstaan. Voor natuurlijke vezels zoals wol en kasjmier is motbescherming slim: denk aan geurzakjes met lavendel, kruidnagel of cederhout. Die houden ongewenste beestjes op afstand en laten je kast ook nog eens fris ruiken. Zo voorkom je kleine gaatjes in je lievelingssjaal.
Extra tips tegen krimpen en pillen
Minder wrijving is de sleutel. Was sjaals niet samen met ruwe stoffen of kleding met ritsen en klittenband. Een waszak helpt altijd. Houd de watertemperatuur laag en kies voor zo weinig mogelijk mechanische actie: kort programma, zacht centrifugeren. Lucht sjaals regelmatig uit; vaak is dat al genoeg en hoef je minder te wassen, wat weer pilling voorkomt. Zie je toch pluisjes, verwijder ze dan met een pluizenkam of -apparaatje, nooit met je vingers. Met deze simpele routine blijven je sjaals seizoen na seizoen als nieuw.













